Wie is De Canteclaer?

‘Mijn zang walmt in de nevel’


Over het gefnuikte dichterschap van Markies de Canteclaer


‘Mijn zang walmt in de nevel
als een vertreurde luit
die grijs bedrukt geprevel
in de stille dampen uit.’

Deze weemoedige regels zijn ontleend aan het dichtwerk van Querulijn Xaverius Markies de Canteclaer van Barneveldt, kortweg Markies de Canteclaer. De Canteclaer kan men gerust een gekwelde figuur noemen: steeds als een gedicht bij hem opwelt, wordt hij op ruwe wijze gestoord in zijn overpeinzingen – meestal door de bekende heer van stand Olivier B. Bommel. Duidelijk is dat de wereld eigenlijk te klein is voor beide titanen, die ook nog eens als buren tot elkaar zijn veroordeeld. Het leidt tot prachtige clashes. De markies die een gedicht voordraagt:

Zie om uw henen en looft de natuur:
de boom, die zo zwart was, schiet knop!
Alles vernieuwt zich, al is het nog guur,
gelijk een Phoenix, die juichend rijst op
uit sintels van louterend vuur.

Bommel kan dergelijke hoogstaande poëzie wel waarderen. ‘Heel mooi. Een feniks, hè? Dat is toch het merk van een kachel, of zoiets?’

Een eenzaam haantje, deze De Canteclaer. Zich niet thuis voelend in deze moderne tijd: ‘Fi donc, de aarde wordt steeds platter.’ Toch weet hij in diezelfde moderne tijd zijn werk gepubliceerd te krijgen. Ook al begrijpen wij, gewone stervelingen, niets van zijn fijnbesnaarde zielenleven. ‘Wat weet ge van de aandoeningen van een dichter? Het zijn vapeurs en kwijningen, hoewel ik vrees, dat het nu een migraine wordt.’ Van zijn hand verschenen de bundels Hanezang, Vleugeljaren en de Verzamelde poëmen.

Nog één keer de meester zelf, of zo u wilt zijn schepper Marten Toonder. Ook in dit geval was het de dichter niet gegeven zijn werk te voltooien.

Quisque sibi proximus

Plat is het leven, dat tiert en raast,
dat haast en jakkert naar een vormloos doel.
Dat boldert over ‘s dichters fijn besnaard gevoel;
Een ieder is zichzelf het naast.

Zacht zeeft de maan haar licht door ‘t geblaart.
Stil is mijn hart en stil is de nacht…

Het is het onovertroffen taalgevoel van deze markies dat inspiratie biedt aan tekstbureau De Canteclaer.